Heerlijk gezonde kurkuma: Leer hoe je deze superwortel kunt kweken in een pot
Kurkuma en gember zijn twee knolgewassen die tot de familie Zingiberacee horen en groeien op het Aziatische, Afrikaanse en Amerikaanse continent. De beide soorten worden inmiddels in de hele wereld gegeten vanwege de eigenschappen waarvan bewezen is dat ze goed zijn voor het menselijk lichaam. Nadat we de voordelen (zoals de anti-deprimerende werking) van het gebruik van kurkuma met je hebben besproken en hoe je zelf je eigen voorraadje kunt kweken, willen we je laten zien hoe je hem in een pot kunt planten.
Wikimedia
Kurkuma (Curcuma) dat van nature groeit in warme gebieden is een plant die je ook thuis kunt proberen te kweken in klimaten die kouder zijn, op voorwaarde dat je het wel binnen kweekt als het buiten te koud is en buiten als het warmer is (afhankelijk van het seizoen). Als de temperatuur onder de 12°C komt kan deze plant moeilijk overleven; de ideale temperatuur voor een gezonde groei is tussen de 20 en 30 graden Celsius.
De kurkumawortel heeft zo'n 8 tot 10 maanden nodig om volledig uit te groeien, daarom is de herfst de optimale periode om de kurkuma te planten. Aanvankelijk zal de temperatuur straf zijn, maar uiteindelijk zal de plant zijn voordeel doen met het warmere weer en kan hij worden geoogst in de maand juli en augustus.
Om over je eigen voorraadje kurkuma te beschikken moet je eerst zorgen dat je goede aarde hebt. Het moet van goede kwaliteit zijn, waaraan bij voorkeur een beetje compost is toegevoegd en moet het liggen op een plek waar voldoende zonlicht komt. Zorg dan dat je verse geelwortels hebt (dat zijn de knollen die we in de keuken gebruiken), wanneer mogelijk van biologische oorsprong en plaats ze op ongeveer 10 tot 15 centimeter afstand van elkaar zodat de scheuten/ogen naar boven zijn gericht (zoals op de foto). Om te kunnen groeien moeten ze vaak water krijgen, ze moeten echter niet te vochtig zijn (de aarde moet vochtig zijn, niet drijfnat). Kurkuma moet je een keer per jaar oogsten wanneer de bloemen van de plant zijn uitgedroogd en de bladeren geel zijn geworden. Om de wortels eruit te halen moet de aarde eerst goed vochtig zijn en gebruik je een schep om de wortels te verwijderen. Houd er een paar apart om te planten voor het volgende seizoen en bewaar de rest in de keuken. Om ze te bewaren leg je ze op een droge geventileerde plek, ongeveer een maand lang. Maak er daarna poeder van en stop dat in luchtdichte potten. Bij licht en warmte vandaan houden.
