Er komt een auto met elektriciteit en zonne-energie: met meer dan 700 km is de autonomie een record
Heb je er ooit aan gedacht hoeveel licht en warmte onze auto's verzamelen als we ze uren in de zon laten staan? Of ze nu geparkeerd of verplaatst worden, auto's brengen het grootste deel van de tijd buiten door, blootgesteld aan zonlicht.
Misschien komt het door deze gedachte dat de ingenieurs van Lightyear, een Nederlandse startup opgericht door een groep voormalige studenten van de Universiteit van Eindhoven, een prototype van een echt duurzaam en revolutionair voertuig aan de wereld hebben gepresenteerd.
Het heet Lightyear One en is een auto die, volgens de ontwerpers, het begin markeert van een nieuw tijdperk van mobiliteit in de nul-emissie voertuigsector. Laten we eens kijken hoe het is gemaakt.
via Lightyear
Op het eerste gezicht lijkt het een moderne sportsedan, met strakke lijnen en een gekleurde motorkap en dak dat contrasteert met de rest van de auto. Als je het echter van dichterbij bekijkt, zul je onmiddellijk verrast worden.
De voorkant en het dak zijn letterlijk bedekt met fotovoltaïsche panelen. Vijf vierkante meter zonnecellen, geïntegreerd in veiligheidsglas, zullen degenen die de Lightyear One rijden in staat stellen zich te verplaatsen door gebruik te maken van wat de natuur ons biedt als een bron van leven.
In deze auto wordt namelijk zonne-energie geïntegreerd met vier krachtige elektromotoren (oplaadbaar op 230 V), voor een totaal effectief bereik van ongeveer 725 kilometer.
Niet slecht, aangezien het een volledig normale afstand is voor veel voertuigen met traditionele warmtemotoren. Een dergelijke autonomie, gecombineerd tussen elektriciteit en zonne-energie, maakt het mogelijk om een concreet antwoord te geven op de grotere bezorgdheid van degenen die een auto met alternatieve aandrijving kopen: het risico om weinig kilometers te kunnen reizen.
Met de Lightyear One is het niet nodig om altijd een laadstation binnen handbereik te hebben, dankzij de zonnepanelen waarmee deze is uitgerust.
Natuurlijk is de initiële prijs niet voor iedereen het meest toegankelijk, aangezien het €119.000 kost om het te reserveren. Volgens de verklaring van de fabrikant wordt echter verwacht dat de latere modellen lagere prijzen zullen hebben en in elk geval zal de One vooral bestemd zijn voor gedeelde aankopen, voor wagenparken en groepen gebruikers.
De gelukkige eigenaren van deze auto zullen niet vóór 2021 achter het stuur kunnen zitten. Zullen het echt zulke oplossingen zijn, die de toekomst vertegenwoordigen voor meer duurzame en gedeelde mobiliteit? We hopen van wel.
