Na het neerstorten van een sonde “landden” kleine aardse wezens op de maan
Kleine ongewervelde wezens zouden zich op onze satelliet kunnen vermenigvuldigen als een sonde tijdens een missie mislukt. Dit is wat wetenschappers erover hebben ontdekt.
De lancering van de sonde naar de maan met beerdiertjes aan boord
Kiosya Y, Vončina K, Gąsiorek P/Wikimedia commons -CC BY 4.0
Het was 22 februari 2019 toen de sonde Beresheet, gebouwd door SpaceIL en Israel Aerospace Industries, onbemand in een baan rond de maan werd gelanceerd om een zachte landing uit te voeren en slechts twee dagen actief te blijven. Het privé-ruimtevaartuig had echter beerdiertjes aan boord, kleine ongewervelde dieren die bekend staan om hun vermogen om extreme klimatologische omstandigheden te overleven. Op aarde leven ze in heterogene omgevingen, zowel in hoge bergen als in de diepten van de oceanen.
Door een camerastoring verloor de lander echter zijn oriëntatie en kon hij zijn motoren niet meer besturen. Op de dag van de landing, 11 april, vloog het ruimteschip met hoge snelheid en een nieuwe storing tijdens het afremmen veroorzaakte een hevige botsing. Als gevolg hiervan werd de sonde vernietigd, die een snelheid van 500 km/u bereikte op slechts 150 meter boven de grond, terwijl de brokstukken over de omliggende 100 meter werden verspreid. En hoe zit het met de lading? Wat gebeurde er met de arme beerdiertjes? Wetenschappers vroegen zich af of deze wezens, gezien hun ongelooflijke overlevingsvermogen, in staat waren om de maan te koloniseren.
Beerdiertjes, vrijwel onverwoestbare wezens
Deze piepkleine wezens die als bijna onverwoestbaar worden beschouwd zijn minder dan een millimeter lang, maar supersterk. Ze zijn uitgerust met neuronen, hebben vier paar poten met klauwen, een mond met een intrekbare slurf, bijna altijd twee ogen en darmen met microbiota. Ze delen een voorouder met spinachtigen en insecten, maar behoren tot geen van deze twee categorieën.
“Waterberen”, zoals ze ook wel worden genoemd, hebben een waterfilm om zich heen nodig om zich te ontwikkelen, te bewegen en voort te planten, en hun levenscyclus varieert van drie tot dertig maanden. Ze zijn in staat om hun metabolisme te stoppen en 95% van het water in hun lichaam te verliezen: bepaalde interne mechanismen, waarbij afhankelijk van de soort suikers of eiwitten worden gesynthetiseerd, zorgen voor hun weerstand. Zonder water kunnen volwassen beerdiertjes een handvol minuten overleven bij temperaturen van wel -272°C tot wel 150°C. Dit in ogenschouw nemend, zouden ze op onze satelliet, ondergedompeld in regoliet, hebben kunnen overleven?
Hebben beerdiertjes overleefd op de maan en deze gekoloniseerd?
Freepik-Holly Sullivan/Wikimedia commons - CC BY-SA 4.0
Volgens laboratoriumtests kunnen beerdiertjes een inslag van minder dan 2600 km per uur overleven, dus zelfs die op de Maan. Een ander obstakel dat ze misschien kunnen omzeilen is de afwezigheid van bescherming tegen zonnedeeltjes en kosmische straling: zoals aangetoond door het team van professor Robert Wimmer-Schweingruber van de Universiteit van Kiel, Duitsland, zijn gammastraling op het maanoppervlak permanent, maar kleiner dan het gevaarlijke niveau voor beerdiertjes.
En hoe zit het met de temperaturen? Op de maan schommelen de temperaturen overdag tussen de 100 en 120 graden, en’ s nachts tussen -170 en -190 graden. Zowel dag als nacht op onze satelliet komen overeen met bijna 15 aardse dagen.
De sonde kan niet meer dan een paar Aardse dagen hebben overleefd, maar wat het voor beerdiertjes onmogelijk maakt om zich op de Maan te vermenigvuldigen is de afwezigheid van vloeibaar water, de microalgen waarmee ze zich voeden en zuurstof. Zonder deze elementen kunnen ze niet reactiveren en zich dus niet voortplanten: daarom denken wetenschappers dat een mogelijke kolonisatie van de satelliet onmogelijk is. In ieder geval herbergt de maanbodem inactieve beerdiertjes: een besmetting waartegen sommige wetenschappers bezwaar hebben gemaakt, met het oog op toekomstige kosmische verkenningen op zoek naar mogelijk buitenaards leven.